CAMINO PRIMITIVO
Lengte 312 kilometer
De eerste pelgrimsroute naar Santiago de Compostella, in de 9e eeuw afgelegd door
Koning Alfons II van Astrurië, die Sint Jacobus voor zijn koninkrijk wilde vragen om bescherming tegen de Moren.
1 september 2017 – Bewijzen dat ik mezelf ben
Eerst naar Lissabon vliegen en dan weer omhoog naar Oviedo doet een beetje raar aan en eerlijk gezegd maak ik mij ook wel ongerust over het overstappen. Voor niets dus: er staat netjes een aardige Portugese meneer te wachten die mij precies vertelt hoe en wat. Door het uur tijdverschil heb ik ook ruim de tijd. Het geldt bijna als een binnenlandse vlucht en dus een klein toestel, wat relatief laag vliegt en ik geniet.
Mijn camino’s worden één. Ik realiseer mij dat ik waarschijnlijk over Porto en de Camino Portugues heen gevlogen ben en straks zal ik over de Camino Frances vliegen. Ik snap niets van alle ronde weilandjes, maar zie duidelijk de overgang van het dorre Spanje naar het groene Galicië.
Hup, met de bus naar Oviedo en als ik iemand vraag naar mijn hotel, blijk ik er voor te staan. Ik kan mijn geluk niet op, zoveel voorspoed en loop bijna dansend naar binnen. Het venijn zit altijd in de staart. Geboekt op Tineke ten Bulte en met een paspoort op mijn meisjesnaam en een uur eerder dan gepland, is er volgens de man geen kamer voor mij beschikbaar. Met zijn vertaalapp probeert hij mij dat duidelijk te maken. Hoe kan ik nu bewijzen dat ik mijzelf ben? Gelukkig zie ik op het boekingsformulier mijn telefoonnummer. Ik vraag de man dit te bellen en hoera, mijn telefoon rinkelt. Bewijs genoeg en na nog een fantastisch hapje lig ik heerlijk in mijn bed.
2 september 2017 – Omlopen, kaartje kopen en niet gaan
Etappe Camino Primitivo van Oviedo naar Escamplero (16 kilometer)
Vanuit het hotel op zoek naar de kathedraal en als ik dan de eerste bronzen schelp in het voetpad ontdek ben ik 100% pelgrim. In de kathedraal mijn schelp en nog een pelgrimspaspoort opgehaald en genoten van al het moois onderweg.
Op aanraden ga ik niet direct de route volgen maar via de berg eerst de twee kerkjes San Miguel de Lillo en Santa Mara del Naranco bezoeken. Maar eerst geniet ik in Oviedo nog van diverse muziekgroepen en mooi geklede vrouwen bij de diverse kerken. Hup, niet treuzelen, op weg!
Bij de kerkjes aangekomen, slaat de twijfel toe. Jee mag ze alleen bezichtigen met een gids; al met al gaat mij dit bijna twee uur kosten. Dat is te lang…. Echt iets voor mij: omlopen, kaartje kopen en dan niet gaan. De man van de kaartverkoop wil mij nog wel spontaan mijn geld terug geven. Ik schud mijn hoofd en met zijn welgemeende ‘buen camino’ ga ik op pad.
Ik verbaas mijzelf. Het lukt mij om aan de hand van mijn routeboekje op de originele route uit te komen. Hoera, daar zijn de schelpen en gele pijlen! Ik maak kennis met een stel uit Zuid-Afrika. Ons Nederlands is toch te verschillend en wij spreken dus maar Engels. ‘s Avonds in Escamplero ben ik herenigd met vliegtuig- en bus-medepelgrims.
De eerste dag zit erop, 16 kilometer gelopen.
3 september 2017 – Ik heb het tempo van een hond
Etappe Camino Primitivo van Escamplera naar Villapañada (16,8 kilometer)
Mijn kamergenoten, twee heren, op mijn zespersoonskamer staan tot mijn verbazing niet vroeg op en ik word pas na acht uur wakker. Gelukkig, ook vandaag staat er 16 km op het programma; dat moet lukken. Ja ja… Hoog, hoger en ik heb geen ontbijt gehad. Dus tegen 10.00 uur word ik wel erg flauw. Ik kan 200 meter omlopen, maar die bar is op lundi gesloten. Ik twijfel is: dit nu zondag of maandag? Toeval of niet, een app van een goede vriend helpt mij en ik geniet even later van een prima ontbijt. Ik krijg veel te veel: verse jus, aardbeien en zelfs mijn doorgesneden sandwich is genoeg voor drie maaltijden.
Mijn boekje raadt aan de herberg van Domingo, na Grado in Villapañada. Natuurlijk verdwaal ik weer in Grado. Grote steden en ik, brrr. Een always een pelgrim met een hond – hij zwerft over alle camino’s in alle richtingen – helpt mij een paar keer uit de brand en het lukt mij erg moe de herberg van Domingo te bereiken. Daar wacht mij een groots onthaal. Wat een gastvrijheid! Een douche alleen voor vrouwen. We zijn eerst met ons drieën: een uit Egypte, een uit Estland en ik. Waar ontmoet je zoveel verschillende mensen met wie je ook nog echt contact hebt? De man met de hond is er ook. Ik realiseer mij dat ik hem de eerste dag al bij de kathedraal gezien heb. Conclusie: ik heb het tempo van een hond.
De Spaanse mannen zijn volop in de meerderheid en zij koken voor ons. Domingo doet voor mij de was en leert mij ook deze goed op te hangen. Er is een Spanjaard die Engels leert en een ander Frans en twee Nederlanders die Spaans proberen. Hilariteit volop.
Volkomen tevreden ga ik naar bed; een schitterende plek bovenop een berg en prachtige mensen.
4 september 2017 – Omhoog en omlaag
Etappe Camino Primitivo van Villapañada naar Salas (21 kilometer)
Ik ga zo op in het pelgrimsleven dat ik nu al de tel van de dagen kwijt ben, haha. Ik vertrek als laatste, mag de lichten uitdoen en de deur sluiten en dat doe ik met weemoed. Na het afsluiten van de herberg loop ik een stukje terug om weer op de route te komen en natuurlijk eerst weer klimmen. Geleerd van gisteren dus nu eerst yoghurt gegeten en ik heb nog steeds een halve belegde sandwich en een banaan. Gelukkig maar, want de eerste bar, anderhalf uur later blijkt op maandag gesloten te zijn en ik deel alles zusterlijk met Samite. Zij komt uit Riga. Ik ben iets ouder maar we hebben ongeveer hetzelfde hondentempo. We lopen niet samen, maar rusten wel steeds tegelijk.
Ja, en dan weer de keus: stoppen of doorlopen! Ik wil wel overnachten in het klooster San Salvador want de eerst volgende herberg zit net iets te ver, maar het is te vroeg om te stoppen. Samen besluiten we om door te lopen en elkaar er door heen te slepen. We drinken en klimmen en drinken. Ik word zo moe dat ik niet meer in het dorp Quantana omhoog wil lopen om daar de Jacobskirche te bezoeken. Waarom begint er niemand een herberg in het daarvoor leegstaande gebouw? Succes verzekerd!
We komen aan in Salas. Hoe weet ik niet meer. Ik kies voor een nieuwe herberg, prima keus, er zijn slechts zeven mensen. Er komen nog twee Hollandse vrouwen binnen; zij vonden de slaapzaal te druk. Ha ha, die moeten nog iets leren.Wij genieten na op het hoog gelegen terras; hadden blijkbaar toch nog niet genoeg geklommen. 21 kilometer en gingen eerst 200 meter omhoog, toen 400 meter naar beneden, vervolgens 150 meter omhoog, weer 50 meter omlaag en toen weer 200 meter omhoog en tussendoor ook omhoog en omlaag. Totaal moe maar allebei supertrots! Niet gepland wel gehaald.
We besluiten morgen maar 8.2 km te lopen. Ja ja….
5 september 2017 – Jacobus past weer op mij
Etappe Camino Primitivo van Salas naar Tineo (19,8 kilometer)
Oh jee, met bij ieder bed een eigen stopcontact en lampje is er toch iets fout gegaan. Mijn telefoon is niet opgeladen, dus helaas geen foto’s bij dit verslagje.
Ik loop langs mooie bloeiende heide en vergezichten en baal. Ik kan natuurlijk later altijd de foto’s van mijn camera erbij zetten maar nu dus even niet. Huppekee, voor vandaag 8.5 kilometer naar La Espina, een makkie en weinig hoogteverschil. Teveel een makkie dus. Aangekomen bij Davids herberg, waarvoor ik koos voor de sfeer, besluiten Samite en ik toch maar door te lopen en dat betekent nog 11,3 km tot het stadje Tineo. Onderweg gelukkig een paar keer van die handige plekjes met stoelen en automaten. Ik dwaal en mijmer en dan ineens een geschreeuw, zowel voor mij als achter mij! Ik schrik mij suf… Ojee, ik heb een afslag gemist en weet nu zeker: Jacobus past op mij, ook weer op deze camino. Ik haast mij snel terug.
In Tineo aangekomen besluiten Samite en ik een privékamer te delen. Wat een luxe! Lakens en handdoeken en ik duik onder in een heerlijk warm bad. Later eten we bij de bar van het pension. Eigenlijk zijn ze nog dicht, maar als we wat soep willen hebben en vlees, kunnen we wat krijgen. Ik ben een soepliefhebber! Er komt een grote schaal vol met soep en schelpdieren. Voor mij de lekkerste soep ooit. De schaal gaat helemaal leeg….
‘s Avonds lig ik nog na te genieten, na controle dat alle stekkertjes goed in het stopcontact zitten.
6 september 2017 – Vechten om een bed
Etappe Camino Primitivo van Tineo naar Bores (16 kilometer)
De route gaat van Tineo via Campiello naar Bores, oftewel 16 kilometer en van 700 meter naar 900 meter en naar beneden en, ja hoor, voor Bores weer omhoog.
Het voordeel van als je de laatste herberg in de stad hebt, is dat je er ‘s morgens ook gauw weer uit bent. Heerlijk uitgerust en met niet zoveel kilometers voor de boeg, een aantrekkelijk vooruitzicht.
De vergezichten zijn mooi. De meeste mensen blijven in Campiello overnachten, maar mij trok Bores meer. Een kleine herberg met mooi uitzicht. Voor je aankomt bij de herberg moet je eerst 500 meter naar links en je registreren in de bar. Daar zijn ook Camilla en Ivan, het jonge stel uit Zuid-Afrika. Ivan is al in de herberg geweest en kreeg daar te horen dat alles vol was. De bareigenaar schudt zijn hoofd en laat het boek zien: nog twee bedden voor Sarmite en mij en Camilla en Ivan mogen op de zolder. Iedereen zonder stempel mogen we wegsturen. Oh nee, vechten om een bed? Ja hoor! Boven aangekomen houdt iedereen vol dat het vol is. Daar komt de eigenaar. Je hoeft geen Spaans te kunnen om hem nu te begrijpen en zowaar, ik krijg een bed. Een bovenste bed.
Na prima eten en inderdaad genietend van de zon en het uitzicht, blijkt dit zwaar bevochten bed wel erg hoog te zijn. Geen trapje en een klapstoel die veel te laag is. Na meerdere pogingen en de slappe lach lig ik erin. Waarin? Volgens mij op een luchtbed midden in de oceaan want ik wieg mee en als mijn onderbuurman zich omdraait vlieg ik door de lucht. Ik roep mijzelf tot de orde, ‘Zeur niet, je hebt een bed!’ en sluit mijn ogen.
7 september 2017 – Overleefd én intens genoten
Etappe Camino Primitivo van Bores naar Berducedo
De traditionele route loopt van Bores via Hospitalos naar Berducedo en is 25,2 kilometer lang. Klimmen van 700 meter weer naar 1200 meter en dat twee keer. Alternatief? Ja, maar dan 33 kilometer met wel de mogelijkheid van een extra overnachting. Langs de oude route de restanten van oude kloosters en pelgrimshospitalen, maar vooral een schitterende natuur.
Met gekruiste vingers ga ik op weg, met heel veel extra eten en water, maar zonder mijn rugzak. Om dit kans van slagen te geven, heb ik deze met de taxi vooruitgestuurd én mijn onderdak geregeld. Ook al kom ik pas vanavond laat aan, geen gevecht om een bed!
Het is mooi, ontzettend mooi. Het is idioot zwaar, maar op de een of andere manier komt ik steeds weer boven en beneden. Als ik beng ben dat ik verdwaald ben, stuurt jacobus gelukkig pelgrims achter mij aan en samen zwoegen we verder, totdat we er zijn.
En dan? Nee….. een hoog stapelbed! Gelukkig, Camilla en Ivan hebben nog twee noodbeddden op hun kamer. Prima, gewoon twee lagen bedden en wij maken daardoor plaats voor anderen. Ze koken ook voor ons een heerlijke maaltijd.
Vandaag heb ik niet alleen overleefd, maar ook intens genoten!
8 september 2017 – Kilometers, er klopt geen snars van
Etappe Camino Primitivo van Berducedo naar Grandas de Salime (20,4 kilometer)
Wij sliepen in de ruimte voor de keuken. ‘s Morgens hoorde ik heel vroeg de deur opengaan, maar omdat wij nog sliepen durfde niemand naar de keuken. Een beetje gemeen, maar we moesten wel lachen en hielden de lampen nog even uit. We ontbijten zelf heel rustig. De zin van om in het donker te lopen kan ik nog steeds niet begrijpen.
Op advies van de pensionhoudster is de planning doorlopen tot Castro en ik verfoei mijzelf; het is altijd zo moeilijk om tegen aardige mensen in te gaan. We zien namelijk al van verre het mooie stuwmeer liggen maar nu moeten we dezelfde dag naar beneden. Zigzaggend en na ontelbare haarspeldbochten zeggen de bordjes dat we toch echt maar 400 meter gelopen hebben…. Conclusie: we hebben mannenkilometers, we hebben Spaanse kilometers, we hebben reisgidsenkilometers, maar er klopt allemaal geen snars van! En, zoals de Nederlandse Simon zegt, wij zouden er allang een brug overheen gebouwd hebben.
Helaas, de batterij van de telefoon is onder bij het stuwmeer net zo leeg als ik. Na een heerlijke salade ben ik opgeladen, maar de telefoon niet. En dus niet overnachten op dit mooie plekje maar ook weer naar boven. Oef…..
9 september 2017 – Ik mis de pelgrimsmis
Etappe Camino Primitivo van Grandas de Salime naar A Fonsagrada (25,2 kilometer)
Hoe we gisteren aangekomen zijn, weet ik echt niet meer maar mijn bed was heel welkom. Helaas is er door alle festiviteiten dit weekend ook nu weer geen pelgrimsmis. Dat maakt gelijk duidelijk waarom er nu opeens geen kamers c.q. bedden zijn: alle Spanjaarden hebben een lang weekend. Dit mis ik op deze Camino Primitivo wel. Ik vind zo’n mis met pelgrimszegen altijd heel bijzonder.
Heel iets anders, maar ook bijzonder is deze keer mijn was. Ik kon hem inleveren en vanochtend bij vertrek hing alles netjes droog aan de deur, zonder extra te hoeven te betalen.
Ook vandaag zijn de vergezichten weer schitterend, maar dat betekent ook weer omhoog en omlaag en het venijn zit nu echt in de staart: 600 meter steil omhoog om in A Fonsagrada aan te komen en steil is ook steil. Het grappige is wel dat iedereen loopt te zwoegen en iedereen gezamenlijk blij is als we eindelijk boven zijn. Verrassing! Daar staan Ivan en Camilla ons op te wachten. Ze hebben geregeld dat de eigenaar van de camping ons bij het pelgrimsbureau ophaalt en dat scheelt zeker 2 km lopen. Gauw gezamenlijk boodschappen doen en dan naar ons pittoreske campinghuisje.
Van de eigenaar krijgen we nog twee heerlijke, eigengestookte schnaps en ’s avonds lig ik met een warme kruik genietend in een eigen bed po mijn eigen kamer!
10 september 2017 – Zondagsrust
Etappe Camino Primitivo van A Fonsagrada naar Baleira Cadabo (28 kilometer) .
Echt zondagsrust, we kunnen geen een van allen opschieten. Ruim na 8 uur lopen we naar de kantine van de camping. Ik regel een ander onderkomen dan Camilla had geregeld; behalve goedkoper ook naar mijn mening dichterbij en dat is vandaag super belangrijk. Immers, er staat ons weer ruim 28 km te wachten. Waarom gaan al die herbergen bij elkaar zitten in plaats van ergens halverwege? Ik regel ook nog het vervoer van de bagage en dan brengen ze ons weer terug op de camino.
Heerlijk door het bos, mooie paadjes en oude kloosterruïnes. Ik dwaal door de morgen en echt dwalen want ik schiet niet echt op. Camilla en Ivan, een stuk jonger, ook niet, dus dat geeft mij weer moed. Als we denken de laatste klim te hebben gehad en nog maar 5 kilometer hoeven, blijkt in een bar dat wij nogmaals moeten klimmen en nog 7 kilometer moeten lopen. De bar-eigenaresse vertelt ons dat met veel plezier; we stoorden haar tijdens het tv kijken.
We zingen, ik vertel verhaaltjes en zo slepen we ons nog 7 kilometer verder. Ook Samite uit Riga is inmiddels weer bij ons. Hoera, de Herberg! Douchen, eten, oh nee…..waar zijn onze rugzakken? Samite en ik kijken elkaar vertwijfeld aan. Ze blijken nog op de camping te staan! Een uur later en een aantal euro’s lichter – maar inmiddels wel lekker gegeten – zijn we weer herenigd.
Jacobus heeft duidelijk ingegrepen. Er komen nu meer overnachtingsmogelijkheden, dus kortere etappes en mijn rugzakje gaat gewoon weer om. Morgen geen 30 maar 8,5 km; rustdag voor de beentjes.
11 september 2017 – Doorgaan
Etappe Camino Primitivo van Baleira Cadabo naar Castroverde (8 kilometer)
Normaal hoef ik ‘s nachts nooit naar het toilet, nu wel. Ik slaap op een zaal met twaalf stapelbedden. Een grote schuifdeur verbindt deze zaal met de toilet/doucheruimte en daar gaat automatisch het licht aan. Ja hoor, de hele slaapzaal in volle licht en dat midden in de nacht. Ikke weer.
Hoera, vandaag maar 8 km en wel met een klim, maar dat wordt dan een van de laatste. Een beetje emotioneel neem ik afscheid van Ivan en Camilla,maar ik blijf op mijn standpunt: niet nog een dag van 30 km.
Onderweg kom ik nog Paula en Ria uit Amsterdam tegen. Ze verwachten vanavond om 22.00 uur in Lugo te zijn. Ze hebben het ook zwaar. Maar met niet meer dagen tot hun beschikking, is er voor hen geen keus, ze moeten. Samite en ik kiezen voor een alternatief traject door een mooie omgeving. Wat jammer dat zovelen een camino lopen onder tijdsdruk. Het moeten wordt belangrijker dan het ontmoeten.
Ik begin vrolijk het liedje te zingen van Herman van Veen, Doorgaan.
In mijn pension aangekomen ga ik, ja heus, eerst heerlijk naar bed en slaap alle vermoeienissen van de afgelopen dagen weg.
12 september 2017 – Een wonder in de kathedraal
Etappe Camino Primitivo van Castroverde naar Lugo (22 kilometer)
Anna, de pensioneigenaresse, verraste ons vanmorgen met een super ontbijt: brood, smeerkaas, jam en boter. Je kon duidelijk merken dat ze in België is geboren en opgegroeid. Gisteravond had ze ook prima voor ons gekookt en ik heb samen met vijf Franse pelgrims (allemaal broers en zusters) heerlijk gegeten. Het was verbazend hoe makkelijk ze tussen Frans, Nederlands en Engels kon wisselen. Het was zo gezellig dat we vergaten dat mijn was nog buiten hing. In het donker deze opgehaald en, wonder, vrijwel alles droog.
Het plensde echt toen we vertrokken, dus mijn fluorgele cape aan en als de vliegende non op stap. Ik vind het super komisch dat steeds meer pelgrims met een paraplu lopen. Het idee dat je al die dagen zo’n ding in je rugzak meeneemt voor een dagje regen!
Ik filosofeer meer vandaag. Zoveel jonge stelletjes, waarvan de jongens echt een ongelooflijk zware grite rugzak dragen en de meisjes van die dagrugzakjes. Emancipatie, ho maar op de camino en wel macho gedrag.
Vorig jaar druiven, nu walnoten overal en menig pelgrim is druk aan het rapen en plukken.
Zo kom ik tegen drie uur in Lugo aan en jawel, de laatste 100 km grens is gepasseerd.
Na een tijdje rust is het tijd om de stad te bekijken. Nog geheel omgeven door de oude stadsmuren en poorten zeker de moeite waard en de kathedraal is van buiten prachtig. Van binnen ook, maar helaas, je kunt niet voor het hoofdaltaar komen. Deze is alleen vanaf de zijkant en door glas gedeeltelijk te zien. Ik baal behoorlijk, want de schilderingen zien er heel mooi uit. Ik loop naar het museumgedeelte voor een stempel en daar neemt een mevrouw mij mee naar de sacristie. En dan het wonder. Ze vraagt of ik soms even voor het hoofdaltaar wil zitten en bidden. Ze opent een deur voor mij en in volle glorie kan ik het altaar aanschouwen. Het is magnifiek en ik raak ontroerd. Dit is wat ik nodig heb. Ik heb namelijk weer last van mijn been; met zo’n teken moet het wel goed komen.
In de sacristie hebben Esther en ik nog een leuk gesprek en krijg ik ook nog mijn stempel. Ondanks mijn pijn loop ik op wolken de kathedraal uit.
13 september 2017 – Over mannen, een helder klinkend klokje en een tractor
Etappe Camino Primitivo van Lugo naar San Román da Retorta (18,2 kilometer)
Voor vertrek voor de zekerheid de receptioniste in het hostel gevraagd te reserveren in een privé-herberg in San Roman, 20 km verderop. Ik krijg zelf steeds geen gehoor maar het lukt haar wel. Ze vraagt een kamer voor twee en ik reserveer voor Samite en mij.
Ik zwerf een beetje met angst de stad uit omdat ik op de traditionele route naar Melide wil komen, maar vanaf hier zijn diverse alternatieve routes mogelijk. Het is superdruk, overal pelgrims en kinderen die naar school gaan. Een agente probeert alles te regelen: haar fluitje, oh nu pelgrims, nee nu kinderen, nee nu auto’s met ouders en kinderen, oh daar weer pelgrims, tuut tuut tuut. Ik loop, toepasselijk, door de poort van Santiago de stad uit, uitgezwaaid door een Romeinse legeraanvoerder en via een Romeinse brug. Daarna oersaai lopend langs een asfaltweg, kilometer na kilometer, af en toe een razende auto maar voor mijn ogen eindeloos asfalt. Gelukkig, na bijna tien kilometer een bar. Ik had al een sandwich besteld – en dat zijn hier twee halve stokbroodjes – als ik mij ineens herinner dat deze plek bekend staat om zijn kaas met honing. Oké, dat kan dit kaasmeisje uit Holland natuurlijk niet overslaan. Halve sandwich dan maar in de rugzak en nog een portie kaas, s.v.p. zonder brood. Mmmmmm, de honing druipt eraf.
Een Spanjaard ziet in mijn pelgrimspaspoort de stempel van de kathedraal van gisteren. Oh la la, eerst was ik niets. Hij vond dat ik wel een beetje Spaans moest praten. Met mijn paar woordjes steeg ik in zijn achting. Met de vermelding dat zijn blikje Heineken ook uit Holland kwam, nog meer. Maar na het zien van de stempel waren we ineens dikke vrienden.
Dikke vrienden waren twee andere Spanjaarden niet. Een oude man zat rustig zijn koffie te drinken, komt ineens een andere, ook oude man binnen en begint een eenzijdige heftige discussie. De oude man zegt niets en wordt steeds verdrietiger. De andere man verlaat de bar weer en de oude man zit nu aan zijn tafeltje met tranen in zijn ogen, intens verdriet. Spaans verdriet. Nog steeds nasleep van de burgeroorlog, Franco of gewoon familie drama?? Een stil huilende oude Spaanse man maakt mij stil. Ik knik hem vriendelijk toe en hij lacht heel even.
Daarna onderweg een man met een koe. Jawel, een foto mag, maar ik moet ook het kerkje bezichtigen. Ik akkoord. Helaas is het kerkje natuurlijk dicht, maar aan de buitenkant is wel te zien dat dit een mooie kerk moet zijn geweest. De bijgebouwen geven een idee dat er iets van een klooster bij moet zijn geweest, maar nu is alles verlaten. Totdat wij, Samite was inmiddels ook gearriveerd, samen weglopen en er ineens een klokje klinkt. Eenmalig en de toon klinkt heel lang na, helder. Wij kijken elkaar verbaasd aan: Hoe kon de klok nu luiden? We beschouwen het maar als een dankjewel voor het bezoek.
Heel wat angstiger kijken wij later, met de Franse broers en zussen, als we gelukkig van het asfalt op een bospad zijn beland, maar er geen kant op kunnen door een aankomende tractor. De hoge bermen geven ons geen mogelijkheid om van het pad af te gaan en de tractor is nu al breder dan het pad. We lopen maar achteruit en achteruit. De Franse mannen proberen ons rugdekking te geven, maar dan rijdt de tractor bijna scheef omhoog tegen de hoge berm op. Er is dan een kleine opening voor ons. Terwijl de tractor daar zo hangt, haasten wij ons er langs, pffff!
Hèhè, we zijn even na onze Franse vrienden bij de herberg. Consternatie volop. De herberg is vol en hun reservering is niet te traceren. Oh nee he. Tijdens het verblijf ‘s middags in de bar hadden Sybill en Manfred uit Duitsland ook geprobeerd te reserveren en zij hadden gemerkt dat de telefoonnummers niet meer klopten. Ik had hetzelfde boekje als zij….. Ik ben aan de beurt en angstig zeg ik: Christina. De man knikt vrolijk, pakt een vel, zet een kruis en pakt sleutels. Helemaal opgelucht lopen Samite en ik achter hem aan. Hoera, we hebben een bed! En nee, we hebben geen massabed in de herberg, tot mijn verrassing blijk ik een twee persoonskamer met eigen badkamer én ontbijt voor 15 euro pp te hebben geboekt.
Ik verklaar deze dag tot Maria-Dag. Mijn been heeft het gered vandaag en verder wat een wonderen vandaag!
14 september 2017 – Oude klare
Etappe Camino Primitivo van San Roman da Retorta naar Felpós (15 kilometer)
Gisteravond nog een bijzonder staartje. We zouden om half negen gezamenlijk eten. Dat werd dus een Spaans uurtje, bijna 1 uur later. Het voorgerecht, een pastasalade, zou voor mij voor twee dagen al genoeg zijn. Maar vervolgens nog een bord friet en prima vlees, net zo groot als mijn bord. Daarna kwam het spektakel: op een open vuur werd een pan verhit met fruit, rozijnen en, ja heus, koffiebonen en alcohol. Vervolgens werd dit geflambeerd, maar het bleef branden. Er ging een pollepel in, die vervolgens hoog werd uitgegoten en de vlammen kwamen zeker meer dan 1,5 meter boven de pan uit. Dit werd zeker tien minuten volgehouden! Aan de bewondering van de Spaanse pelgrims konden wij merken dat het niet alleen op traditionele wijze werd gedaan, maar gezien de hoogte op hoog niveau. Daarna kregen wij het aldus bereid drankje in kleine glaasjes. Mmmmmmmm.
We hadden het over typische drankjes in elk land en ik noemde onze jonge en oude jenever.
Vanochtend gezamenlijk ontbijt en de regen kletterde neer. Maar gelukkig, toen ik wilde vertrekken, was het ineens droog en brak de zon door. Prima op stap dus. Na bijna negen kilometer de eerste echte bar, dus tijd voor mijn glaasje verse jus. Als Sybill en Manfred ook arriveren met Samite, kan ik ze trakteren op, ja heus, een echte oude klare. Tussen alle flessen staat een echte stenen kruik van Bols met zeer oude Jenever. We proosten onder veel hilariteit. Hoe groot is de kans dat je in een klein barretje op het afgelegen Spaanse platteland dit drankje vindt.
Manfred heeft een pelgrimstheorie: jonge mensen van in de twintig lopen zestig kilometer, zestigplussers lopen er 20twintig. Volgens zijn redenatie kan om 12.00 uur de eerste jongeling, vertrokken uit Lugo, arriveren. En ja, echt: om klokslag 12.00 uur komt er een jongen. Wij vragen hem waar hij vertrokken is? Lugo! Arme hij; onze schaterbui brengt hem van zijn stuk….
Oei, ik realiseer mij dat de oude klare erg lekker was maar dat ik ook al pijnstillers had ingenomen. Dus maar gauw weer van start want we moeten nog zeker zes kilometer.
We slapen nu in de gemeentelijke Herberg. Een mooie plek, maar zeer weinig voorzieningen. Bij een kleine soort SRV-wagen kunnen we iets kopen voor een geïmproviseerde spaghetti maaltijd. Sybill en ik koken voor ons viertjes. Het is comedy ten top: er kan maar één elektrische apparaat tegelijk aan, anders slaan de stoppen door. Dit staat echter nergens dus regelmatig kassa. Er zijn maar vijf borden en drie pannen dus in de rij graag totdat wij klaar zijn met eten.
Er is ook geen wijn dus met weemoed denken we terug aan de jenever van vanmiddag.
Morgen aankomst in Melide, dus op de camino Frances. Daar ben ik drie jaar geleden een vest kwijtgeraakt. Wat een wonder zou het zijn als dat er nog is.
15 september 2017 – Waar blijven de oude poezen?
Etappe Camino Primitivo van Felpós naar Melide ( kilometer)
De ochtend kleurt mooi rood als ik naar buiten stap. Op weg naar Melide. Daar sluit de Camino Primitivo aan op de Camino Frances en ben ik terug op de route van drie jaar geleden. Een gek idee, vooral ook omdat ik toen erg veel pijn had aan mijn been en nu weer. Vorig jaar op de Camino Portugues nergens last van, nu op het zelfde stukje weer. Het is toen gelukt, het zal nu ook wel lukken.
Het begint met een klim en eenmaal boven zie ik Melide al liggen.
Bij de eerste bar loopt een poesje met duidelijk veel pijn aan haar ene pootje. Er ontbreekt eigenlijk een voetje. Ik voel verwantschap en ze krijgt een behoorlijk stuk van mijn kaas mee. Ik zie zoveel honden en katten in Spanje, heel vaak ook samen, maar altijd jonge poesjes. Waar blijven die oude? Grappig vind ik ook dat de honden hier niet alleen schapen bijeen drijven, maar ook koeien. Dat niet alleen koeien hier bellen om hebben, maar ook schapen. Dat getingel, vaak zonder dat je een dier ziet, maakt mij altijd vrolijk.
De heerlijke geuren van de eucalyptusbomen, vooral als de bladeren nog iets vochtig zijn, doen je wanen in een heerlijk bad en zo mijmerend in de zonneschijn met vijf druppels regen kom ik in Melide aan. In mijn geheugen een klein stadje, bijna dorpje. Helemaal mis. Razend verkeer, grote gebouwen, brrr.
Gelukkig mijn pension gauw gevonden en weer heerlijk een twee persoonskamer in plaats van een zestigpersoons. In de buurt nog een restaurantje dat geen siësta houdt oftewel ik hoef niet tot 20.30 uur te wachten op een hapje eten. Daarna pootje weer omhoog en hopelijk morgen weer iets beter. Nog 50 kilometer to go.
16 september 2017 – Het is net of ik voor het eerst hier loop
Etappe Camino Primitivo van Melide naar A Calle de Ferreiros (20,6 kilometer)
Gisteren goed uitgerust en vanochtend voelde het beentje een stukje beter. Hoera! Toch maar niet langs de albergue van 3 jaar geleden om te informeren naar mijn vest. Omlopen voor een wondertje? Laat mij maar dromen dat het niet vergeten ligt in een kelder, maar iemand anders er heel gelukkig mee is.
Gauw op weg naar Azura. In mijn hoofd is daar een hele mooie ijzerwinkel waar ik beslist iets wil kopen. Nee hoor, siësta, gesloten! Zoveel pelgrims, maar de winkels gaan gewoon dicht. Ik troost mij met een prima lunch: gevulde pannenkoekjes met vis, verse vis, een stuk gebak en hupsakee weer wijn erbij, voor een prijs waar je bij ons een zakje patat van kunt kopen.
Dan gauw ook Azura uit en weer genieten van de geur van de heerlijke eucalyptusbomen. Ik moet eerlijk zeggen dat ik verwacht had dat het veel drukker zou worden nu twee routes zijn samengegaan, maar dat valt reuze mee en ik zie nog steeds veel bekenden o.a. een jong stel uit Israël. Verder herken ik niets van de route van drie jaar geleden. Het is net of ik hier voor het eerst loop. Alleen het kerkje met het mooie Jacobusaltaar is bekend.
Na wat gevraag komen we aan bij ons pension, Manfred, Samite en ik. Sybill zit al lekker in de tuin. Met de wijn erbij weer een goede afsluiting van de dag en nog maar 30 km!!!
17 september 2017 – Een goede vriend
Etappe Camino Primitivo van A Calle de Ferreiros naar Lavacolla (18 kilometer)
Oei, we vertrekken pas om 9.00 uur en we zullen toch zeker 25 km moeten lopen. Onderweg is er geen touw aan vast te knopen. Allemaal afsplitsingen en alternatieve routes en als je dan voor een plattegrond staat met netjes daarop “u staat hier”, maar nergens de naam van een dorpje, dan word ik ook al niet veel wijzer. Nou ja, ik merk wel dat er drie routes zijn samengekomen. Vooral veel Koreanen en, heel vervelend, met hele luide muziek. Wellicht passende muziek, maar waarom iedereen mee moet genieten snap ik niet. Positief is wel dat een aantal mensen duidelijk ziet dat ik niet goed loop en pijn heb. Er worden mij blarenpleisters aangeboden en zelfs hulp om mijn rugzak te dragen. Oké, tel je zegeningen; blaren heb ik niet.
In Amenal herken ik ineens een groot restaurant. Ik dacht dat ik dit op de laatste dag zou tegenkomen, maar nu… Het valt tegen want het is inmiddels 17.00 uur en dan moet ik nog zeker zes km naar Lavacolla. Het is inmiddels wel erg rustig geworden af en toe passeert mij nog iemand, maar die willen allemaal nog doorlopen tot Santiago. En dan… Wie komt daar aan? Manfred! Hij komt mij tegemoet lopen en neemt mijn rugzak over. Ik heb de tranen in mijn ogen. Is er ergens een plek waar je zo snel en steeds weer goede vrienden krijgt?
Ik kan na het voortreffelijke eten echt niet meer op mijn beentjes staan en leunend op Sybill kom ik lachend boven. Zij maken zich zorgen om morgen. Ik heb vandaag overleefd en morgen maar 12 km. Hoera!
18 september 2017 – Het geluid van de doedelzakken en de trommels
Etappe Camino Primitivo van Lavacolla naar Santiago de Compostela (12 kilometer)
In tegenstelling tot gisteren wilde ik vandaag vroeg vertrekken. Hoe dan ook, aankomen moet lukken. Sybill had mijn sandalen en slaapzak bij haar in de rugzak gestopt, zodat ik minder gewicht zou hebben. Zij verwachtte voor de mis in Santiago te zijn.
Hoera, ik was in Monte del Gozo. Het was half 11 en tot nu toe ging het redelijk. Er was veel mist en de wereld was dus net zo klein als ik het ervaarde: stappen, klein stukje stappen en verder.
De route was anders dan drie jaar geleden en volgens mij ook langer. Neen, helaas op tijd voor de mis zou mij niet lukken, maar dat maakte allemaal niets uit. Ook niet de stromende regen want het kwam nu echt met bakken uit de Hemel.
Daar was het geluid van de doedelzakken en de trommels. Vol ontroering liep ik het plein op. Ja, voor de derde keer, maar ik was net zo blij als de eerste keer. Het was gelukt! Het was geweldig mooi, zwaar, warm, het maakte allemaal niets uit. Dit is puur geluk.
‘s Avonds naar de mis in plaats van ’s middags en mijn geluk kan niet op: het Wierookvat zwaait en dat op maandagavond!
Diep gelukkig lig ik nog eenmaal in een stapelbed.
Morgen weer thuis.